‘Als collectief van opleidingen moet je kunnen verwoorden wat het diploma van studenten waard is’
Een kennisbasis legt de kennis en vaardigheden vast die een startbekwame leraar moet beheersen. Elke lerarenopleiding heeft een landelijke kennisbasis. Ontwikkelingen binnen het vak of het beleid maken het wenselijk om de kennisbasis met enige regelmaat te beoordelen en aan te passen. Hoe pakken de tweedegraadslerarenopleidingen Godsdienst & Levensbeschouwing de herijking op? We vragen het aan Hanneke de Pater.
Foto: Niek Stam Fotografie
Wat is je achtergrond?
‘Ik ben opleidingsdocent Leraar Godsdienst/Levensbeschouwing en Theologie en onderzoeker bij het lectoraat Theologie bij de Christelijke Hogeschool Ede. Sinds dertien jaar ben ik betrokken bij het Landelijk Vakoverleg Godsdienst & Levensbeschouwing. In de tussentijd hebben ook anderen onze opleiding vertegenwoordigd in het landelijk vakoverleg.’
Hoe hebben jullie de herijking van de kennisbasis georganiseerd?
‘We werken samen met de andere leden van het Landelijk Vakoverleg Godsdienst & Levensbeschouwing aan de herijking van de kennisbasis: Fontys, Hogeschool Windesheim, Driestar hogeschool en Hogeschool Viaa. De opleiding Islamitische Theologie van de IUA is een waardevolle adviespartner, waarbij de opleidingen wederkerig advies geven aan de IUA bij de herijking van de kennisbasis Islamgodsdienst.’
Je was ook betrokken bij de vorige herijking. Is jullie werkwijze deze herijkingsronde vergelijkbaar met de vorige herijking?
‘Onze werkwijze kent accentverschillen in vergelijking met vorige keer. Destijds werkten we met een kerngroep die herijkingswensen inventariseerde en een schrijfgroep die de kennisbasis heeft herschreven. Deze keer kiezen we er opnieuw voor om als kerngroep te inventariseren wat er aan herijkingswensen opgehaald is in de afgelopen tijd, maar blijven we als kerngroep betrokken bij het schrijfproces. We hebben de domeinen verdeeld en gaan in duo’s uiteen om de geformuleerde herijkingswensen toe te passen op de toegewezen domeinen. In een gezamenlijke bijeenkomst wegen we de herijkingsvoorstellen, waarna de tekst voorlopig wordt vastgesteld. We hopen met deze werkwijze de formulering van de kennisbasis nog meer gezamenlijkheid en draagvlak te geven. De conceptversie van de herijkte kennisbasis wordt vervolgens ter validatie aan de opleidingen en het werkveld voorgelegd.’
Hoe hebben jullie de herijkingswensen geformuleerd?
‘De belangrijkste bron van herijkingswensen waren de opbrengsten uit de peerreviews, maar ook maatschappelijke ontwikkelingen in het veld van religie en zingeving en ontwikkelingen binnen de wetenschap en het beroep spelen hier mee. In ons vakgebied wordt bijvoorbeeld gewerkt aan een landelijk kerncurriculum: Lervo. In de ontwikkeling van dit kerncurriculum komen belangrijke vragen naar boven met betrekking tot ons vak. Deze vragen spelen mee in de doordenking en actualisering van de kennisbasis.’
Welke onderdelen van de kennisbasis willen jullie herijken?
‘Wij gaan ons vooral richten op een duidelijk onderscheid tussen de verschillende domeinen en een heldere afbakening ten opzichte van de generieke kennisbasis. Inhoudelijk gaan we kijken naar de concepten van religie, levensbeschouwing en zingeving, die steeds minder belijnd aanwezig zijn in de samenleving. De diversiteit in de maatschappij heeft een weerspiegeling nodig in de kennisbasis, oude categorieën voldoen niet altijd meer. We gebruiken deze herijking ook om de ‘kenmerkende voorbeelden’ die geformuleerd zijn bij de diverse domeinen en thema’s nog een keer de revue te laten passeren en te bekijken of er passender en actueler voorbeelden zijn.’
Hoe gaan jullie de herijkte kennisbasis valideren?
‘Wat betreft het werkveld richten we ons voor de validatie op alumni en werkveldcommissies van de opleidingen en de Vereniging van Docenten Levensbeschouwing en Godsdienst (VDLG). Binnen de opleidingen leggen we de herijkte kennisbasis voor aan studenten en collega-opleidingsdocenten. Op bestuurlijk niveau agenderen we de herijkte kennisbasis bij het Landelijk Overleg Opleidingsdirecteuren Theologie en Leraar Godsdienst/levensbeschouwing.’
Welke dilemma’s ervaren jullie in het herijkingsproces?
‘Als je de tekst van de kennisbasis eenmaal onder de loep hebt, is het verleidelijk om allerlei aanpassingen te willen doen. Het is dan goed om voor ogen te houden dat we niet op een algehele revisie uit zijn, maar op een herijking van de bestaande kennisbasis. Het helpt om dan weer even op zoek te gaan naar de rationale achter de eerdere formulering van de kennisbasis.’
Hoe vindt jullie verticale afstemming plaats?
‘De kerngroep is op de hoogte van de inhoud van de kennisbasis van de master en heeft deze meegenomen in het ontwerp van de herijking. Tevens wordt de conceptversie van de herijkte kennisbasis naast de kennisbasis van de masteropleiding gelegd. Aan vertegenwoordigers van de vakmasters wordt gevraagd om feedback te leveren op het concept van de herijkte kennisbasis om op deze wijze heldere doorgaande lijnen te creëren tussen de bachelor en de master.’
Hoe vindt jullie horizontale afstemming plaats?
‘Een aantal kernleden heeft meegewerkt aan de recente herijking van de kennisbasis Theologie, de kennisbasis die voor het (vak-)inhoudelijke deel verwant is aan de kennisbasis Godsdienst & Levensbeschouwing. De keuzes die daar gemaakt zijn, vormen een spiegel voor onze herijking. Verder spiegelen we ons aan lerarenopleidingen binnen het maatschappelijke domein, bijvoorbeeld als het gaat om burgerschapsvorming, een thema waaraan diverse vakgroepen een bijdrage leveren.’
Biedt één gemeenschappelijke kennisbasis nog genoeg ruimte aan de betrokken instellingen en opleidingen voor accentverschillen?
‘Voor ons als opleidingen met een specifieke levensbeschouwelijke identiteit is ruimte voor accentverschillen en eigen invulling van het curriculum erg belangrijk. Tegelijk vinden we elkaar in de formulering van wat we gezamenlijk van belang achten voor de opleiding van onze studenten. Het proces van de ontwikkeling van de kennisbasis en de herijking daarvan heeft de verbindingen tussen de opleidingen versterkt, waarbij we in respect voor elkaars eigenheid te werk gaan. Aan het begin van de vergaderingen openen we om beurten de vergadering en delen we iets van onze inspiratie. Dat zijn mooie momenten, die bijdragen aan het gesprek over de inhoud van de opleidingen.’
Wat is de meerwaarde van de kennisbasis?
‘Als collectief van opleidingen moet je voor het werkveld en de samenleving kunnen verwoorden wat het diploma van studenten waard is, welke kennis, attitude en vaardigheden de studenten in hun opleiding verwerven. De kennisbasis is daarbij een goed hulpmiddel. Daarbij is het ook een fijn instrument voor de opleiding zelf, bijvoorbeeld voor het structureren van een curriculum of het in kaart brengen van de kennis die een student te verwerven heeft.’
Heb je tips voor de andere landelijke vakoverleggen over de aanpak van de herijking?
‘Docenten hebben een drive om hun werk steeds weer te verbeteren. Het risico daarbij is om de hele kennisbasis te willen aanpakken. Het is dan fijn om van tevoren een focus te hebben vastgesteld voor de herijking.’
Herijking kennisbases
In opdracht van de Stuurgroep Lerarenopleidingen coördineert 10voordeleraar het herijkingsproces van de zestig kennisbases. Het herijkingsproces is gestart in september 2022 en de beoogde implementatiedatum voor alle herijkte kennisbases staat gepland voor studiejaar 2025-2026. Deze tijdlijn loopt parallel en in afstemming met de actualisatie van de kerndoelen en examenprogramma’s door SLO.
Lerarenopleiders inventariseren de herijkingswensen en herschrijven de kennisbases. Het werkveld en externe deskundigen zijn hierbij betrokken: zij toetsen de kennisbases aan de laatste inzichten van het vak, de ontwikkelingen in het werkveld en veranderingen op het gebied van landelijk beleid. Daar waar nodig wordt verbinding gezocht met kennisbases die inhoudelijk een vakoverstijgende verwantschap kennen. De herijkte kennisbases worden gevalideerd en uiteindelijk bestuurlijk vastgesteld. Daarna kunnen de herijkte kennisbases geïmplementeerd worden op de opleiding.