‘De betrouwbaarheid is ook in de praktijk hoog, niet alleen op papier’

10 jaar landelijke kennistoetsen!

De landelijke kennistoets bestaat 10 jaar! In 2013 werden de eerste landelijke kennistoetsen geïntroduceerd. Een aantal lerarenopleiders maakt al vanaf het begin onderdeel uit van de constructieteams. Hoe kijken deze jubilarissen terug op die 10 jaar? Wat was hun motivatie om onderdeel te worden van het constructieteam? Wat waren de mooie momenten en hoe hebben zij die eerste jaren als pionier beleefd? Wat is er veranderd in die 10 jaar? Paul, een van onze jubilarissen aan het woord!

 

Paul Doorschot, redactielid constructieteam Natuurkunde
HAN University of Applied Sciences, docent tweedegraadslerarenopleiding Natuurkunde

Wat was je motivatie om onderdeel te worden van het constructieteam?

‘Ik vond en vind het leuk om vragen te ontwikkelen, maar ook het landelijk samenwerken waardeer ik.’

‘Het ging wel alle kanten op. Maar via die zijpaden kwam het uiteindelijk ook wel vooruit.’

Hoe heb je de eerste jaren als pionier beleefd in het constructieteam?

Paul lacht; ‘Het ging wel alle kanten op. Maar via die zijpaden kwam het uiteindelijk ook wel vooruit. In het begin was het echt een zoektocht naar wat wel en niet werkt, zowel voor ons als redactieteam, als vanuit de organisatie. Eerst was de opdracht bijvoorbeeld om ook meerstellingenvragen te maken. Die hadden we dus heel veel, later waren die niet langer meer toegestaan. Eerst deden we best wat context in de vragen en waren we op zoek naar moeilijkere vragen. Al lerende kwamen we erachter dat het beter was om context zoveel als mogelijk te vermijden en de vragen juist zo compact mogelijk te houden. Met liefst ook veel ‘medium’ vragen qua moeilijkheid.’ Hij vervolgt: ‘De zoektocht naar een goede cesuurbepaling is een ‘dingetje’ gebleven. Er was een fantastisch onderbouwde cesuurbepaling maar de praktijk bleek weerbarstig, wat meer pragmatisme was toen wenselijk geweest. Dit heeft bij de collega’s van Natuurkunde het draagvlak voor de landelijke kennistoets ook best onder druk gezet. Inmiddels is op het vlak van cesuurbepaling bij het vak Natuurkunde extra onderzoek gedaan en zijn er verbeteringen doorgevoerd. Daardoor loopt het veel beter.’

Wat maakt het waardevol dat je met meerdere redacteuren en externe expert samenwerkt in een constructieteam?

‘In een constructieteam vul je elkaar aan. De een ziet of weet toch weer net iets anders dan de ander. Wij zijn altijd met zijn allen ook wel heel erg bezig geweest met of ‘de’ student dit wel aankan, kunnen we dit wel aan ze vragen? En daarvoor is het goed dat we allemaal lesgeven aan eigenlijk dezelfde studenten, maar dan in andere steden.’

‘Het is goed dat we allemaal lesgeven aan eigenlijk dezelfde studenten, maar dan in andere steden.’

 Wat maakt het maken van vragen voor de landelijke kennistoets anders dan bij een andere toets?

‘Dat alle vragen multiple choice zijn. Dat is natuurlijk uniek. En daar zit ook het lastige. Doordat de toets multiple choice is, is deze heel erg betrouwbaar maar minder valide. Het draagvlak voor de LKT nam toe toen we tijdens een landelijk vakoverleg constateerden dat studenten die goed scoren op de LKT in het algemeen ook bij overige toetsen sterk zijn en studenten die de LKT niet halen inderdaad de zwakkere studenten zijn. Er was dus een enorme match tussen de LKT en de overige toetsen. Daarmee bleek de betrouwbaarheid van de LKT ook in de praktijk hoog en niet alleen niet op papier.’

‘Daarmee bleek de betrouwbaarheid van de LKT ook in de praktijk hoog en niet alleen niet op papier.’

Wat is voor jou de meerwaarde van de landelijke kennistoets?

‘Dat je over de verschillende landelijke lerarenopleidingen Natuurkunde één onderdeel hebt dat je met zijn allen deelt. Waar je met zijn allen bij betrokken bent. Dat helpt ons om te bepalen waar we allemaal de lat leggen. Het is heel goed dat er landelijk diversiteit is. Maar wat is nu concreet hbo-niveau? Juist met zo’n gemeenschappelijk instrument, met helaas soms ook kinderziektes, valt er nu toch ietwat te ijken.’

‘Juist met zo’n gemeenschappelijk instrument, met helaas soms ook kinderziektes, valt er nu toch ietwat te ijken.’

Landelijke kennistoetsen

De lerarenopleidingen zetten binnen het programma 10voordeleraar landelijke kennistoetsen in om het eindniveau van de individuele student te borgen. Voor veertien tweedegraadslerarenopleidingen en twee pabovakken worden deze toetsen afgenomen. Een landelijke kennistoets meet of de student over voldoende kennis uit de betreffende kennisbasis beschikt. Het behalen van de landelijke kennistoets is een voorwaarde om de opleiding af te ronden.

Lerarenopleiders van de verschillende hogescholen ontwikkelen binnen constructieteams gezamenlijk de landelijke kennistoetsen. Samen met externe deskundigen borgen ze de vakinhoudelijke, taaltechnische en toetstechnische kwaliteit. De landelijke kennistoetsen bestaan uit meerkeuzevragen en bij een aantal vakken zijn ook open invulvragen opgenomen.

Lees meer over de landelijke kennistoets.